:host { --enviso-primary-color: #FF8A21; --enviso-secondary-color: #FF8A21; font-family: 'boijmans-font', Arial, Helvetica,sans-serif; } .enviso-basket-button-wrapper { position: relative; top: 5px; } .enviso-btn { font-size: 22px; } .enviso-basket-button-items-amount { font-size: 12px; line-height: 1; background: #F18700; color: white; border-radius: 50%; width: 24px; height: 24px; min-width: 0; display: flex; align-items: center; justify-content: center; text-align: center; font-weight: bold; padding: 0; top: -13px; right: -12px; } Previous Next Facebook Instagram Twitter Pinterest Tiktok Linkedin Back to top

Anthonis Mor van Dashorst

Utrecht circa 1516/1521 - Antwerpen circa 1576/1577

Auteur: Judith Niessen

De portretschilder Anthonis Mor van Dashorst was de zoon van een Utrechts verver en vanaf circa 1540 leerling en later medewerker van de Utrechtse schilder en kanunnik Jan van Scorel.1 Omstreeks 1545 was Mor in Rome, waarna hij in Utrecht verbleef en zich vervolgens in Antwerpen vestigde – in 1547 werd hij in het Antwerpse Sint-Lucasgilde geregistreerd. Nadat hij door Antoine Perrenot de Granvelle, de bisschop van Arras, aan het Habsburgse hof werd geïntroduceerd, maakte hij daar een succesvolle carrière als portretschilder. In 1554 werd de kunstenaar officieel tot hofschilder van Filips II benoemd. Hij schilderde Filips II, zijn echtgenote Mary Tudor en vele andere hovelingen en leden van het Habsburgse huis en werkte in Spanje, Portugal en Engeland. Mor werd hooggewaardeerd: in de portrettengalerij van het koninklijk paleis El Pardo hing zijn zelfportret tegenover dat van Titiaan, de hofschilder van Filips’ vader Karel V.

Buiten het hof verkeerde Mor in humanistische, intellectuele kringen. Hij was bevriend met de Brugse humanist Dominicus Lampsonius, die wel gedichten voor Mors portretten leverde, en met de numismaat en kunstliefhebber Hubert Goltzius. Toen Mor in 1561 na een breuk met Filips II het hof in Madrid verliet, verbleef hij afwisselend in Utrecht en Antwerpen, waar hij een veelgevraagd portretschilder van de koopmanselite werd. Na 1567 wordt hij niet meer in Utrecht vermeld. Mor woonde toen in Antwerpen en werkte mogelijk ook voor de hertog van Alva, de landvoogd van de Nederlanden, in Brussel.

Karel van Mander beklaagde zich in zijn Schilder-boeck (1604) dat het hem zoveel moeite gekost had om gegevens over Mor bijeen te brengen, temeer omdat diens kinderen zijn verzoek om informatie geweigerd hadden. Het lijkt of het hen weinig kan schelen of hun vader in vergetelheid raakt, zo schreef Van Mander, al voegde hij er wel aan toe dat de roem van Mor desondanks eeuwig zal voortleven.2

Noten

1 Deze biografie is gebaseerd op Turner 1996, dl. 22, pp. 63-66 (J. Woodall)

2 Van Mander 1604 (editie Miedema), fol. 231v.

Lees verder Lees minder