:host { --enviso-primary-color: #FF8A21; --enviso-secondary-color: #FF8A21; font-family: 'boijmans-font', Arial, Helvetica,sans-serif; } .enviso-basket-button-wrapper { position: relative; top: 5px; } .enviso-btn { font-size: 22px; } .enviso-basket-button-items-amount { font-size: 12px; line-height: 1; background: #F18700; color: white; border-radius: 50%; width: 24px; height: 24px; min-width: 0; display: flex; align-items: center; justify-content: center; text-align: center; font-weight: bold; padding: 0; top: -13px; right: -12px; } Previous Next Facebook Instagram Twitter Pinterest Tiktok Linkedin Back to top
De Heilige Lucas schildert de Madonna

De Heilige Lucas schildert de Madonna

Anoniem (in circa 1500)

Vraag maar raak

Laden...

Bedankt, je vraag is verzonden.

Helaas, er is iets mis gegaan met het verzenden van je vraag. Probeer het aub nog eens.

High-res beeldmateriaal aanvragen

Meer informatie

Specificaties

Titel De Heilige Lucas schildert de Madonna
Materiaal en techniek Zwart krijt, pen in twee tinten bruine inkt, doorgegriffeld
Objectsoort
Tekening > Tweedimensionaal object > Kunstvoorwerp
Locatie Dit object is in het depot
Afmetingen Hoogte 200 mm
Breedte 125 mm
Makers Tekenaar: Anoniem
Naar: Hugo van der Goes
Inventarisnummer N 94 (PK)
Credits Bruikleen Stichting Museum Boijmans Van Beuningen (voormalige collectie Koenigs), 1940
Collectie Tekeningen & Prenten
Verwervingsdatum 1940
Vervaardigingsdatum in circa 1500
Signatuur geen
Watermerk geen (vV, 9P, fijn)
Conditie gerepareerde lacunes in kleed en de beide bovenhoeken, gerepareerde horizontale scheur.
Inscripties 'Lucas' (middenonder, pen in bruine inkt), '7xyz' (verso, middenboven, in potlood), 'P' (verso, rechtsonder, in potlood)
Verzamelaar Franz Koenigs
Merkteken F.W. Koenigs (L.1023a)
Herkomst Kunsthandel Paul Cassirer & Co., Amsterdam/Berlijn, aan Franz W. Koenigs (1881-1941), Haarlem, 1927 (Hugo van der Goes); in bruikleen aan het museum, 1935-1940; verworven met de Collectie Koenigs door D.G. van Beuningen (1871-1955), Rotterdam en geschonken aan de Stichting Museum Boijmans Van Beuningen, 1940; in bruikleen aan het museum sinds 1940
Tentoonstellingen Amsterdam 1929, nr. 205 (Hugo van der Goes); Rotterdam 1934, nr. 19; Brussel 1935, nr. 406; Parijs 1935, nr. 192; Rotterdam 1938, nr. 281; Parijs 1947, nr. 47; Rotterdam 1948, nr. 45; Brussel 1949, nr 15; Parijs 1949, nr. 21; Dijon 1950, nr. 59; Parijs 1952, nr. 21; Rotterdam 1952, nr. 4; Gent 1957, nr. 65; Praag 1966, nr 5; Florence 2000, nr. 43 (after Hugo van der Goes); Berlijn 2023, nr. #
Interne tentoonstellingen Tekeningen uit eigen bezit, 1400-1800 (1952)
Externe tentoonstellingen Hugo van der Goes (2023)
Onderzoek Toon onderzoek Nederlandse tekeningen uit de vijftiende en zestiende eeuw
Literatuur Amsterdam 1929, nr. 205 (Hugo van der Goes); Rotterdam 1934, nr. 19; Brussel 1935, nr. 406; Parijs 1935, nr. 192; Rotterdam 1938, nr. 281; Parijs 1947, nr. 47; Rotterdam 1948, nr. 45; Brussel 1949, nr. 15; Parijs 1949, nr. 21; Dijon 1950, nr. 59; Parijs 1952, nr. 21; Haverkamp Begemann 1952, no. 4; Gent 1957, nr. 65; Praag 1966, nr. 5; Florence 2000, nr. 43 (naar Hugo van der Goes); Collection Catalogue 2012 (online); Berlijn 2023, nr. #
Materiaal
Object
Techniek
Doorgriffelen > Doorgegriffeld > Tekentechniek > Techniek > Materiaal en techniek
Geografische herkomst Zuidelijke Nederlanden > Nederlanden > West-Europa > Europa

Entry bestandscatalogus Vroeg Nederlandse tekeningen uit de 15e en 16e eeuw

Auteur: Judith Niessen

Deze tekening van een knielende Lucas die met zijn zilverstift een portret van de Madonna tekent, met de stier links achter een stoel als zijn traditionele attribuut, staat in verband met een schilderij met dezelfde voorstelling in Lissabon (afb. 1) en een gravure in spiegelbeeld van Antonius II Wierix (1555/59-1604) waar aan de linkerzijde een tronende Madonna en kind frontaal zijn afgebeeld (afb. 2).1 De verwantschap van het schilderij en de tekening met Hugo van der Goes werd al vroeg onderkend. Adler schreef de tekening op basis van stijlkenmerken aan hem toe en ook het schilderij werd door Reis-Santos bij publicatie in 1939 aan de schilder toegekend.2 Het onderschrift bij de gravure ‘M Quintin Mazzys inuentor’ zorgde echter jarenlang voor de nodige discussie. Diverse veronderstellingen werden naar voren gebracht, ondermeer dat het schilderij in Lissabon van Quinten Massijs (1456/66-1530) was, dat de prent waarschijnlijk een verloren maar gedocumenteerd schilderij van die meester weergaf of dat Massijs zich voor zijn Lucas schildert de Madonna op een prototype van Hugo van der Goes had gebaseerd.3 Inmiddels is iedereen het er over eens dat deze Heilige Lucas een inventie is van Hugo van der Goes, die zich daarbij ongetwijfeld liet inspireren door Rogier van der Weydens Lucas schildert de Madonna in Boston.4 Op basis van technisch onderzoek toonde Sander bovendien overtuigend aan dat het schilderij aan Hugo zelf kan worden toegeschreven.5 Uit dit onderzoek bleek ook dat het paneel zijn oorspronkelijke formaat heeft behouden en alleen de van oorsprong afgeronde bovenzijde naderhand aan beide kanten diagonaal is afgesneden.6 Sander suggereert dat het paneel een linkerluik van een diptiek betreft. De rechterzijde zal waarschijnlijk Madonna en Kind hebben getoond.

De tekening, die ook aan de bovenzijde diagonaal in de hoeken is afgesneden, gaat vermoedelijk terug op het schilderij. Beide voorstellingen komen nagenoeg overeen en ook de plooival van de kleding is vrijwel aan elkaar gelijk. De kop van de stier is op de tekening in verhouding iets groter dan op het schilderij en de duim van de hand die het boek vasthoudt is op de tekening niet aanwezig. De voorstelling heeft een ondertekening in zwart krijt en is vervolgens uitgetekend met pen in bruine inkt aan de hand van kleine kruisarceringen en korte streepjes. Het is een tekenstijl die wordt geassocieerd met Hugo van der Goes en vooral zeer nauw verwant is aan tekeningen uit de regio rond Gent die circa 1500 kunnen worden gedateerd. Voorbeelden zijn de Staande Heilige Lucas in Berlijn en het blad met als recto de Neerdaling van de Heilige Geest en als verso de Transfiguratie in dit museum (inv. nr. N 124).7 Dit suggereert een ontstaansperiode van de Rotterdamse Heilige Lucastekening rond 1500.

Hoewel nog vrij recent werd verondersteld dat de gravure een schilderij van Massijs naar Hugo van der Goes weergeeft, is dit niet waarschijnlijk.8 Vermoedelijk combineerde Wierix hier twee verschillende voorstellingen met elkaar, zoals White terecht constateerde.9 Zo kloppen de verhoudingen tussen Lucas en de tronende Madonna en Kind niet en is de Italiaanse troon niet in overeenstemming met het relatief eenvoudige interieur. Ook zijn er sterke aanwijzingen dat Wierix deze tekening als voorbeeld voor zijn prent gebruikte. Niet alleen komen de maten van Lucas in de tekening en de gravure exact met elkaar overeen, ook details zoals plooival en houding van de handen zijn aan elkaar gelijk. Daarnaast werd nog niet eerder opgemerkt dat de tekening is doorgegriffeld en er sporen van zwart krijt op de achterzijde zichtbaar zijn.10 Voor de tronende Madonna en Kind gebruikte Wierix een ander voorbeeld. Vrijwel dezelfde voorstelling is in spiegelbeeld weergegeven in een schilderij van Ambrosius Benson (1490/1500-1550).11 Wierix baseerde zich mogelijk op dit schilderij of een vergelijkbare voorstelling, wellicht in de veronderstelling dat het een werk van Quinten Massijs betrof.

De Rotterdamse tekening en de prent van Wierix maken in ieder geval duidelijk dat de graveurs-familie Wierix de beschikking had over een aantal vroeg-Nederlandse tekeningen die zij gebruikten voor hun prenten. Zo graveerde zijn broer Hieronymus Wierix een Madonna met zegenend Christuskind die zijn oorsprong vindt bij Rogier van der Weyden en die gedocumenteerd is in een tekening uit circa 1440-50 in dit museum (zie inv. nr. N 9).

Noten

1 Lissabon, Museu Nacional de Arte Antiga, inv. nr. 1459; Lievens-De Waegh 1991, nr. 168, ill. Hollstein LXIII, vol. V, 2004, nr. 1123.

2 Adler 1930, p, 54.

3 Voor een overzicht van meningen over het schilderij in Lissabon, zie Lievens-De Waegh 1991, pp. 152-154 en pp. 154-155 over de relatie van schilderij, gravure en tekening. Zie ook White 1997, pp. 40-41. De bibliografie reflecteert de meningen over deze tekening. De zeventiende-eeuwse inventaris waarin Quinten Massijs’ Lucas schildert de Madonna wordt vermeld staat in: J. Denucé, Bronnen voor de geschiedenis van de Vlaamsche kunst. II. De Antwerpsche “konstkamers”. Inventarissen van kunstverzamelingen te Antwerpen in de 16e en 17e eeuwen, Antwerpen 1932, pp. 153-154. Zie ook Lievens-De Waegh 1991, p. 153.

4 Boston, Museum of Fine Arts, inv. nr. 93.153; Leuven 2009, onder nr. 41, ill. 41.1.

5 Sander 1992, pp. 119-124. Reis-Santos en Lievens-De Waegh meenden voor hem ook dat het schilderij eigenhandig was.

6 Ondermeer: Silver 1984, p. 240, onder nr. 7; Sander 1992, p. 118.

7 Berlijn, Kupferstichkabinett, inv. nr. 2405; Buck 2001, pp. 253-257, nr. II.3, ill. De overeenkomst in tekenstijl met de tekening in Berlijn is vaker geconstateerd, zie: Adler 1930, p. 54. Pauwels vindt beide tekeningen erg verschillend. Pauwels 1974, p. 253. Volgens een aantekening op het passepartout, schreef Pokorny op 7 juni 2007 dat de tekening opnieuw aan Hugo van der Goes kan worden toegeschreven.

8 Sander 1992, p. 126.

9 White 1997, p. 47, n. 15.

10 Doorgriffeling is goed waarneembaar onder een microscoop. Onderzocht op 31 oktober 2012. Met dank aan Ria Bonten.

11 Verblijfplaats onbekend, voorheen Kunsthandel, Engeland; Sander 1992, pp. 125-126, ill. 49. Sander meent dat Benson het schilderij kopieerde naar Hugo van der Goes.

Toon onderzoek Nederlandse tekeningen uit de vijftiende en zestiende eeuw
Toon catalogustekst Verberg catalogustekst

Alles over de maker