'De Toren van Babel' is op reis
‘De Toren van Babel’ van Pieter Bruegel (I) is op reis. Van 2 oktober tot en met 13 januari is het topstuk te zien in Wenen: naast de 'andere' toren van Babel. Het topstuk was nog tot 2 september te zien in Museum Boijmans Van Beuningen
Met het schilderij uit Rotterdam erbij kan het Kunsthistorisch Museum in Wenen voor het eerst sinds de 17e eeuw de twee schilderijen van ‘De Toren van Babel’ tentoonstellen. Het Oostenrijkse kunstmuseum bezit de grootste collectie schilderijen van Pieter Bruegel (I) ter wereld. Dit najaar toont het de eerste solotentoonstelling ooit van de Vlaamse meester. ‘De Toren van Babel’ uit Rotterdam is hiervoor onmisbaar. Het werk is vanaf januari 2019 weer te zien in Museum Boijmans Van Beuningen.
“De tentoonstelling in Wenen is een ongekende kans om het werk van Bruegel samen te brengen. Dit is de eerste keer in 400 jaar dat de twee torens van Babel naast elkaar bestudeerd kunnen worden. Voor elke Bruegel liefhebber is dat een droom die uitkomt”.
Friso Lammertse, conservator oude kunst van Museum Boijmans Van Beuningen benadrukt het belang van deze internationale bruikleen van het topstuk.
Drie torens van Babel
De schilderijen tonen hoe de Babyloniërs bouwen aan hun toren die tot aan de hemel zou reiken, voordat hun hoogmoed door God bestraft werd met de Babylonische spraakverwarring. Het Bijbelse verhaal van de toren van Babel staat symbool voor de universele strijd tussen het menselijke kunnen en haar ijdelheid.
Bruegel maakte drie schilderijen van de toren van Babel: het exemplaar in de collectie Museum Boijmans Van Beuningen heeft hij als laatste gemaakt. Het schilderij in het Kunsthistorisch Museum in Wenen is een groter werk, gedateerd 1563, en toont de bouw van de toren in een vroeger stadium. Het derde schilderij van de toren van Babel is een miniatuur die Bruegel op een stukje ivoor schilderde, waarschijnlijk tijdens zijn reis naar Rome, geïnspireerd door het Romeins Colosseum. Het is helaas onbekend waar dit werkje nu is.
Eeuwen aan omzwervingen
'De toren van Babel’ zwierf meer dan drie eeuwen rond, voor het topstuk in Museum Boijmans Van Beuningen terechtkomt. Omstreeks 1600 bevinden beide torens zich nog in de kunstverzameling van Rudolf II van Praag, samen met enkele andere werken van Bruegel. Rond 1620 is het schilderij vermoedelijk even terug in Antwerpen. In de 18e eeuw is het in de collectie van het Spaanse koningshuis. Daarna duikt het schilderij pas in 1935 weer op in de Parijse kunsthandel, waar kunstverzamelaar D.G. van Beuningen het schilderij een jaar later koopt voor een kapitaal bedrag van 120.000 gulden. Samen met het grootste deel van zijn verzameling wordt 'De toren van Babel’ in 1958 deel van de gemeentelijke collectie.
Werken van Bruegel in de collectie van Boijmans
Tentoonstelling in Wenen
Pieter Bruegel de Oude revolutioneerde landschaps- en genreschilderkunst, en nog steeds weten zijn werken wereldwijd te fascineren en te prikkelen. Slechts zo’n veertig schilderijen en rond de zestig tekeningen zijn van de grootmeester overgebleven, waarvan Museum Boijmans Van Beuningen zeven werken bezit. De Bruegel expositie dit najaar in Wenen wordt de grootste overzichtstentoonstelling ooit: meer dan negentig werken zijn van over de hele wereld samengebracht. Zo krijgen bezoekers voor het eerst sinds honderden jaren de kans om de twee torens van Babel samen te bewonderen.