:host { --enviso-primary-color: #FF8A21; --enviso-secondary-color: #FF8A21; font-family: 'boijmans-font', Arial, Helvetica,sans-serif; } .enviso-basket-button-wrapper { position: relative; top: 5px; } .enviso-btn { font-size: 22px; } .enviso-basket-button-items-amount { font-size: 12px; line-height: 1; background: #F18700; color: white; border-radius: 50%; width: 24px; height: 24px; min-width: 0; display: flex; align-items: center; justify-content: center; text-align: center; font-weight: bold; padding: 0; top: -13px; right: -12px; } Previous Next Facebook Instagram Twitter Pinterest Tiktok Linkedin Back to top

Auguste Rodin

Parijs 1840 - Meudon 1917

Auguste Rodin wordt algemeen beschouwd als grondlegger van de moderne beeldhouwkunst en is daarmee de meest invloedrijke beeldhouwer van de 19de eeuw. Het uitbeelden van beweging en levenskracht is voor hem de essentie van sculptuur. Het menselijk lichaam biedt daarbij een onuitputtelijke bron van inspiratie.

Als beginnend kunstenaar heeft Rodin echter geen gemakkelijke start. Afgewezen door de prestigieuze École des Beaux-Arts, volgt Rodin de in toegepaste kunst gespecialiseerde Petit École. Ook van de Parijse Salon, de door de staat georganiseerde belangrijkste jaarlijkse kunsttentoonstelling, ontvangt hij aanvankelijk afwijzingen voor zijn te realistisch geachte beelden. Rodins eerste succes komt pas wanneer hij in 1880, op veertigjarige leeftijd, de opdracht krijgt voor het ontwerp van de deuren voor het nog te bouwen Musée des Arts Décoratifs. Geïnspireerd op Dantes epische gedicht ‘Inferno’ uit zijn Divina Commedia ontwerpt Rodin de ‘Hellepoort’ als bronzen entree voor het museum. Maar zijn ambitie blijkt te groots en veelomvattend, hij zal de opdracht nooit voltooien. Het wordt een levenswerk: veel van zijn beroemde individuele sculpturen, zoals ‘De denker’ en ‘De kus’, zijn oorspronkelijk details uit de ‘Hellepoort’. Pas na zijn dood is het onvoltooide project in brons gegoten.

Tijdens een reis door Italië maakt Rodin kennis met de beelden van Michelangelo (1475-1564). Deze maken een diepe indruk. Vooral de half voltooide sculpturen, waarin de figuren zich uit hun marmeren blok lijken te ontworstelen, wekken zijn bewondering. De suggestie van beweging en het overbrengen van emotie in de houdingen van de figuren zijn lessen die Rodin overneemt in zijn eigen werk. Maar anders dan zijn voorganger heeft Rodin een voorkeur voor gips of klei - materialen waarin hij vrij kan boetseren en kan spelen met de structuur van het oppervlak - om vervolgens het resultaat in brons te laten gieten. De opzettelijk ruwe, onafgewerkte ‘huid’ geeft zijn beelden een meer realistische, menselijke kwaliteit, die in contrast staat met de geïdealiseerde lichamen van klassieke beelden.

Beweging is een sleutelbegrip om Rodins sculpturen te karakteriseren. Zoals de impressionisten de beweging van het licht met verf op doek willen vangen, streeft Rodin ernaar deze tot uitdrukking te brengen in brons. Beweging is voor hem de essentie van leven. Het menselijk lichaam is daarbij een onuitputtelijke bron van inspiratie om levenskracht uit te beelden. Met nadrukkelijke spiermassa’s, gedraaide houdingen en expressieve gebaren beeldt hij emoties uit, vaak niet van kracht of heldendom, maar eerder van angst of kwetsbaarheid. Zijn streven om een beweging of emotie zo overtuigend mogelijk vorm te geven, leidt soms tot radicale oplossingen. Zo schroomt Rodin er niet voor om lichaamsdelen weg te laten, of juist te isoleren als een opzichzelfstaande sculptuur, als dit de expressie van het beeld ten goede komt. Een voorbeeld daarvan is het weglaten van het hoofd in ‘l’Homme qui marche’ - waarvan een bronzen versie aan de Rotterdamse Westersingel staat - om de aandacht niet af te leiden van de loopbeweging.

Rodins internationale roem komt pas na 1900 op gang. In dat jaar plaatst de kunstenaar zijn werk in een eigen paviljoen tegenover de Wereldtentoonstelling in Parijs, een brutale zet waarmee hij zijn naam in een klap vestigt bij het grote publiek. Vlak daarvoor, in 1899, heeft hij een tentoonstelling in de Rotterdamsche Kunstkring, die doorreist naar Amsterdam en Den Haag. Nadien koopt de Rotterdamse havenbaron Jan Hudig een monumentaal gipsafgietsel van ‘Eva’ als geschenk aan Museum Boymans: de eerste Rodin in een Nederlandse museumcollectie. In 1939 verwerft directeur Dirk Hannema een van de drie originele bronzen studies van ‘Pierre de Wissant’ van Rodins bronsgieter Rudier.

Lees verder Lees minder