Jozef legt de droom van de farao uit

Auteur: Yvonne Bleyerveld

In het midden van de voorstelling staat de oudtestamentische Jozef van Egypte die de Egyptische farao, zittend op een troon onder een baldakijn, zijn dromen uitlegt. De farao droomde over zeven vette koeien, die opgegeten werden door zeven magere koeien en vervolgens over zeven volle en zeven dunne korenaren. De aren en runderen achter het groepje mannen verwijzen daarnaar. Jozef verklaarde de dromen als zeven jaren van overvloed gevolgd door zeven jaren van hongersnood en adviseerde de farao in de vette jaren voorraden aan te leggen voor de tijden van nood (Genesis 41:1-36).

De tekening is vermoedelijk een ontwerp voor een glasruitje.¹ De voorstelling – die ongetwijfeld deel uitmaakte van een reeks met de geschiedenis van Jozef van Egypte – is getekend in stevige penlijnen en gewassen partijen zonder veel detaillering. Een anoniem, Nederlands glasruitje uit de late zestiende of vroege zeventiende eeuw, toont een enigszins vergelijkbare compositie, maar dan met Jozef die zijn vader over zijn dromen vertelt (Genesis 37: 5-9).²

Wat betreft tekenstijl, figuren en plooival herinnert de tekening  in de verte aan kunstenaars die rond 1530/1540 actief waren in Antwerpen, zoals Jan Swart van Groningen en de Meester van de Verloren Zoon.