:host { --enviso-primary-color: #FF8A21; --enviso-secondary-color: #FF8A21; font-family: 'boijmans-font', Arial, Helvetica,sans-serif; } .enviso-basket-button-wrapper { position: relative; top: 5px; } .enviso-btn { font-size: 22px; } .enviso-basket-button-items-amount { font-size: 12px; line-height: 1; background: #F18700; color: white; border-radius: 50%; width: 24px; height: 24px; min-width: 0; display: flex; align-items: center; justify-content: center; text-align: center; font-weight: bold; padding: 0; top: -13px; right: -12px; } .enviso-dialog-content { overflow: auto; } Previous Next Facebook Instagram Twitter Pinterest Tiktok Linkedin Back to top
Portret van een zittende jongen (Jochem Verspronck)

Portret van een zittende jongen (Jochem Verspronck)

Jacob Matham (in circa 1622)

Vraag maar raak

Laden...

Bedankt, je vraag is verzonden.

Helaas, er is iets mis gegaan met het verzenden van je vraag. Probeer het aub nog eens.

High-res beeldmateriaal aanvragen

Meer informatie

Specificaties

Titel Portret van een zittende jongen (Jochem Verspronck)
Materiaal en techniek Zwart en rood krijt, penseel in bruine inkt, kaderlijnen met zwart krijt
Objectsoort
Tekening > Tweedimensionaal object > Kunstvoorwerp
Locatie Dit object is in het depot
Afmetingen Hoogte 195 mm
Breedte 139 mm
Makers Tekenaar: Jacob Matham
Inventarisnummer H 5 (PK)
Credits Bruikleen Stichting Museum Boijmans Van Beuningen (voormalige collectie Koenigs), 1940
Collectie Tekeningen & Prenten
Verwervingsdatum 1940
Vervaardigingsdatum in circa 1622
Signatuur geen
Watermerk Basilisk (tweebenige draak met kop en poten van een haan) met klein wapenschild met Basler staf, waaronder een onduidelijk huismerk (fragment, onderhelft) (vV, 8P) (watermerk op P5 van beneden, gehalveerd op de linker bladrand), gelijkend op Heawood 840-841 (Holland 1619, 1621) en Churchill 285 (Dürr molens, Bazel, 1603 ). Hetzelfde type watermerk is aanwezig in een tekening van De Gheyns (inv.nr. H 259) en een tekening van Gillis van Coninxloo (inv.nr. N 132). [AE]
Conditie oppervlakte vuil op beide zijden
Inscripties 'Jochem Vers(p)ronck / In syn Jonck[heyt?]' (m.o., in zwart krijt), '1622' (verso, m.o., in zwart krijt)
Verzamelaar Franz Koenigs
Merkteken J. de Vos (L.1450), F.W. Koenigs (L.1023a)
Herkomst Jacob de Vos Jbzn (1803-1882), Amsterdam, sale, Amsterdam (C.F. Roos, F. Muller a.o..) 22 24 May 1883, no. 206 (Hendrick Goltzius, Portrait d’un Garçon), fl. 250; Franz W. Koenigs (1881-1941), Haarlem, 1923; on loan to the museum, 1935-1940; purchased with the Koenigs collection by D.G. van Beuningen (1871-1955), Rotterdam and presented to the Stichting Museum Boijmans Van Beuningen, 1940; on loan to the museum since 1940
Tentoonstellingen Rotterdam 2010 (coll 2 kw 7); Parijs/Rotterdam 2014, nr. 86
Interne tentoonstellingen De Collectie Twee - wissel VII, Prenten & Tekeningen (2010)
Vroege Nederlandse tekeningen - Van Bosch tot Bloemaert (deel 3) (2015)
Externe tentoonstellingen Bosch to Bloemaert. Early Netherlandish Drawings from the Museum Boijmans Van Beuningen (2014)
Onderzoek Toon onderzoek Nederlandse tekeningen uit de vijftiende en zestiende eeuw
Literatuur Sterck 1930, p. 49, nr. A (als mogelijk jeugdportret van Joost van den Vondel, door Hendrick Goltzius); Ekkart 1979, p. 16 (als Jochem Verspronck, door Jacob Matham of Cornelis Engelsz); Köhler/Biesboer 2006, p. 147 (als Jochem Verspronck, ‘tentatively given to Cornelis Engelsz’), p. 324 n. 5; Collection Catalogue 2012 (online)
Materiaal
Object
Geografische herkomst Nederland > West-Europa > Europa

Entry bestandscatalogus Vroeg Nederlandse tekeningen uit de 15e en 16e eeuw

Auteur: Yvonne Bleyerveld

Volgens het zeventiende-eeuwse opschrift onderaan de tekening is deze jongen Jochem Verspronck, de jongere broer van de Haarlemse portretschilder Johannes Cornelisz Verspronck (1601/03-1662).1 Jochem Verspronck werd geboren omstreeks 1612/13 en overleed tussen 25 februari 1651 en 6 november 1653.2 Hij was een van de zeven kinderen van de portretschilder Cornelis Engelsz (Versprongh) (ca. 1574/75-1650) en Maritge Jansdr (overleden 1666). Cornelis Engelsz was afkomstig uit Gouda en schreef zich in 1593 in het Haarlemse Sint-Lucasgilde.3 Jochem werd lid van datzelfde Sint-Lucasgilde in 1632, samen met zijn broer Johannes Cornelisz. Net als zijn vader en oudere broer was Jochem dus schilder, maar van zijn hand is geen werk bekend.4

Jochem is gekleed in een wambuisje en kniebroek en heeft een klein, rond mutsje op. Het portret maakt een intieme indruk, alsof het jongetje op verzoek van de portrettist even zijn bezigheden heeft gestaakt en is gaan zitten, zijn handen ontspannen in zijn schoot. Alle aandacht gaat uit naar zijn hoofd dat naar verhouding te groot is. In zijn gezicht is plaatselijk rood krijt aangebracht: op de wangen, de neus en mond, het voorhoofd en het oor. Ook zijn de lippen en neus met penseel en bruine inkt geaccentueerd. Door doezelen is in de schaduwpartijen een grote zachtheid bereikt.

Ekkart opperde de mogelijkheid dat dit portretje niet door Matham getekend zou zijn – aan wie het sinds lange tijd wordt toegeschreven – maar door Cornelis Engelsz. We kennen echter geen tekeningen van deze kunstenaar, zodat de veronderstelling niet getoetst kan worden. In principe zou ook Jochems oudere broer Johannes Cornelisz Verspronck het portret gemaakt kunnen hebben. Van Verspronck zijn slechts enkele portrettekeningen bekend, die wat betreft stijl en techniek echter niet op dit jongensportretje aansluiten.5 In het oeuvre van Jacob Matham past het portretje daarentegen wel. Matham tekende vaker in een combinatie van rood en zwart krijt (zie ook inv. nr. JMat 2), dat hij in zachte lijnen aanbracht en daarna doezelde. Op Diana ten halven lijve uit 1602 bijvoorbeeld, gebruikte hij zijn materiaal op een vergelijkbare manier.6 Op de tekening Jupiter en Danaë, eveneens getekend in rood en zwart krijt, accentueerde Matham contourlijnen door rood over zwart krijt aan te brengen, zoals ook bij het portret van Jochem Verspronck in de omtrekken van de kin en de oorschelp is gebeurd.7 Deze overeenkomsten zijn voldoende reden om de toeschrijving aan Matham te handhaven.

Het is niet bekend of Cornelis Engelsz en Jacob Matham contact met elkaar onderhielden. Ze zullen elkaar ongetwijfeld hebben gekend, omdat zij zich beiden bewogen in dezelfde Haarlemse kunstenaarskring. Engelsz was slechts een paar jaar jonger dan Jacob Matham. Volgens Karel van Mander was hij een leerling van Cornelis van Haarlem en van Van Mander zelf – kunstenaars die Matham als stiefzoon en leerling van Hendrick Goltzius al jong leerde kennen en met wie hij vanaf de vroege jaren 1590 als graveur samenwerkte.8 Het is daarom zeker denkbaar dat Matham als collega bij Engelsz over de vloer kwam en bij zo’n gelegenheid dit portret van Jochem tekende.

Het opschrift 1622 in zwart krijt op de keerzijde van de tekening is mogelijk contemporain. Aangezien de geportretteerde omstreeks 1612/13 geboren werd en op dit portret heel goed een jaar of tien oud kan zijn, is het aannemelijk dat de tekening inderdaad in of omstreeks 1622 gemaakt werd.

Noten

1 De interpretatie van het onderschrift is met enige voorbehoud, want de ‘p’ van Verspronck is niet te herkennen en tussen de ‘n’ en ‘c’ lijkt een extra letter te staan. Na Jonck volgt een onleesbaar woord – vermoedelijk staat er heyt. Met dank aan Michiel Roscam Abbing en Robert Schillemans. De omkadering loopt aan de onderzijde door de tekst, is met andere woorden later aangebracht. Zie voor Johannes Cornelisz Verspronck Ekkart 1979 en de biografie van Irene van Thiel-Stroman in Köhler/Biesboer 2006, pp. 323-324.

2 Irene van Thiel-Stroman in Köhler/Biesboer 2006, p. 323, p. 324 (noot 5).

3 Zie voor Cornelis Engelsz (Versprongh) de biografie van Irene van Thiel-Stroman in Köhler/Biesboer 2006, pp. 146-147.

4 Irene van Thiel-Stroman in Köhler/Biesboer 2006, p. 323, p. 324 (noot 6).

5 Zie bijvoorbeeld Portret van een onbekende vrouw, Leiden, Universiteitsbibliotheek Leiden, Prentenkabinet, inv. nr. PK-T-AW-1248.

6 Amsterdam, Rijksmuseum, inv. nr. RP-T-1881-A-110; Schapelhouman 1987, nr. 55.

7 Veiling New York (Christie’s), 24 januari 2001, nr. 153; Widerkehr 1993, p. 245.

8 Zie voor Engelsz als leerling van respectievelijk Van Mander en Cornelis van Haarlem, Van Mander 1604 (ed. Miedema), fol. Srb, fol. 293v. Over de samenwerking van Jacob Matham met Cornelis van Haarlem en Karel van Mander, zie Widerkehr in New Hollstein 2007-08, dl. 1, p. xlvii.

Toon onderzoek Nederlandse tekeningen uit de vijftiende en zestiende eeuw
Toon catalogustekst Verberg catalogustekst

Alles over de maker

Jacob Matham

Haarlem 1571 - Haarlem 1631

Bekijk het volledige profiel