Wenceslaus Hollar (1607-1677) is een van de grote Europese prentkunstenaars van de 17de eeuw. Zijn oeuvre van zo’n drieduizend prenten is extreem veelzijdig. Niet vanwege de techniek, want zijn medium was en bleef de etskunst en experimenten zoals we die kennen van zijn tijdgenoot Rembrandt waren hem vreemd. Hollars kracht zit hem in het detail. Met ongelooflijke verfijning wist hij de haren en de kleding van zijn modellen - meestal vrouwen - weer te geven. Zijn grootste werk, een gezicht op Londen van bijna twee en een halve meter breed, geeft een nauwkeurig beeld van de oude stad die kort daarna door brand zou worden vernietigd. Portretten, steden, landschappen, schepen en dieren - er was geen onderwerp dat door Hollar werd overgeslagen Geboren en getogen in
Praag, werkte hij als jonge kunstenaar in verschillende Duitse plaatsen. In 1636 vestigde hij zich in Engeland, dat zijn tweede vaderland werd. Tijdens de Engelse burgeroorlog ging Hollar voor acht jaar naar Antwerpen, waar hij misschien wel zijn beste werk maakte. Daarna verliet hij Engeland nog maar één keer voor een verblijf van enkele maanden in Tanger (Marokko).
