Jacoba van Heemskerck

Jacoba van Heemskerck studeerde van 1897 tot 1901 aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Daarna was zij een half jaar werkzaam in het atelier van Eugène Carrière in Parijs. In de Zeeuwse badplaats Domburg, die Van Heemskerck jaarlijks bezocht, ontmoette zij kunstenaars als Jan Toorop en Piet Mondriaan. Onder invloed van Wassily Kandinsky en Franz Marc kwam zij in haar werk steeds meer tot abstractie. Haar vriendin en mecenas Marie Tak van Poortvliet liet een atelier voor Van Heemskerck bouwen in 1912 en zij was een van de weinigen in Nederland die Van Heemskercks werk kocht. Haar werk werd beter ontvangen in Duitsland, waar Van Heemskerck onder andere deelnam aan de tentoonstelling Erster Deutscher Herbssalon, gehouden in 1913. Naast schilderijen en prenten vervaardigde Van Heemskerck ook een aantal glas-in-lood ramen.